Slapen baby
Slaaptips
Baby's hebben veel slaap nodig om te groeien en zich goed te kunnen ontwikkelen. Deze tips kunnen helpen bij een goede nachtrust.
Leer de signalen van vermoeidheid bij je baby herkennen. Je baby is moe als hij in zijn oogjes wrijft, sloom en huilerig wordt en begint te gapen. Jonge baby's kijken vaak weg als ze moe zijn. Ze kijken je dan niet direct aan, maar de andere kant op.
1. Leg je baby moe in bed
Leg je baby in bed als hij moe is, maar nog wel wakker. Geef hem de kans om zelf in slaap te vallen. Soms huilt hij nog even, dat is niet erg. Zo leert je baby om zonder hulp te gaan slapen.
2. Volg een vast patroon
Volg een vast patroon (ritueel) bij het naar bed gaan. Doe ook alles in een vaste volgorde als je baby wakker wordt: eerst een schone luier, dan voeden, dan knuffelen of spelen in de box en weer naar bed als hij moe wordt.
Als je ergens anders bent, probeer dan zoveel mogelijk hetzelfde patroon te volgen. Vertel anderen ook over deze gewoonten, bijvoorbeeld wanneer je baby bij familie slaapt.
3. Eigen bed of wieg
Geef je baby een vaste slaapplek. Het best is: in zijn eigen wieg of ledikant. Probeer ook vaste slaaptijden aan te houden.
Zorg ervoor dat je baby lekker ligt, bijvoorbeeld op een goed matras. Let ook op hoe je het bed opmaakt.
4. Voeden als je baby wakker wordt
Geef je baby voeding als hij wakker wordt en knuffel of speel even met de baby na de voeding.
5. Zorg voor rust
Zorg dat het rustig is aan het eind van de dag. Zet de tv en computer uit. Breng je baby ook rustig naar bed. Als er te veel prikkels zijn, kan je baby gaan huilen of slecht slapen.
Zet geen tv in de kamer. Zorg dat tijdens het slapen alle digitale apparatuur in een andere kamer ligt. Deze verstoren de nachtrust, ook al staan ze "op stil".
6. Maak het 's nachts donker
Het kan helpen als je het 's nachts zo donker mogelijk maakt. Laat je baby als het kan gewoon in bed liggen en doe het licht niet aan (of alleen een nachtlamp).
Als je baby overdag slaapt, laat dan de gordijnen open. Zo leert je baby het verschil tussen dag en nacht kennen.
7. Verschonen als het echt nodig is
Verschoon 's nachts alleen als het echt nodig is.
8. Troost je baby als hij hard huilt
Het kan zijn dat je baby hard moet huilen voor het slapen. Troost je baby, want als hij overstuur is, valt hij niet zo makkelijk in slaap. Je kunt hem wiegen, strelen of knuffelen, maar je kunt ook zachtjes zingen, neuriën of praten. Als je baby rustig is, leg je hem weer wakker terug in bed.
9. Zorg voor een goede temperatuur in de kamer
De beste temperatuur voor de babykamer ligt tussen 16 en 18 graden. In de eerste zes tot acht weken mag dat rond de 20 graden zijn. Als je baby te vroeg is geboren, tel je het aantal weken te vroeg in graden hierbij op.
Als je wilt controleren of je slapende baby het niet te warm heeft, voel dan even de voeten. Als die lauw aanvoelen, heeft je baby het aangenaam.
In de warme zomermaanden is de temperatuur vaak iets hoger. Dit is niet erg, houd hier wel rekening mee bij het aankleden en het toedekken van je baby.
10. Zorg ook goed voor jezelf
Het is belangrijk dat je zelf ook rust krijgt. Rust bijvoorbeeld uit als je baby slaapt en doe af en toe ook iets voor jezelf. Ben je heel erg moe? Laat je baby gerust eens bij iemand anders slapen.
Slaapritme baby
De meeste pasgeboren baby’s slapen veel, overdag en ’s nachts. Maar een pasgeboren baby heeft vaak voeding nodig, daarom slaapt hij niet lang achter elkaar door. Overdag slaapt een baby meestal tweeënhalf tot vier uur achter elkaar.
Een regelmatig slaappatroon
Baby’s van nul tot zes maanden hebben een slaappatroon van ongeveer 60 minuten. In die 60 minuten hebben ze eerst een actieve slaap en daarna een stille slaap. In de actieve slaap kan je baby geluidjes maken en bewegen. Je baby kan zelfs de ogen openen en wakker lijken. Ook ademt de baby snel en onregelmatig. In de stille slaap beweegt de baby bijna niet en ademt veel dieper. In deze slaap wordt je baby minder snel wakker door bijvoorbeeld geluid.
Hoeveel slaap heeft een baby nodig?
- Pasgeboren baby’s slapen gemiddeld 14 uur per 24 uur.
- In de loop van het eerste jaar ontstaat er een dag- en nachtpatroon. Vooral in de avond en de nacht slaapt je baby dieper.
- Veel baby’s slapen vanaf zes maanden wat langer door, ongeveer vijf uur achter elkaar. Vanaf deze leeftijd slapen de meeste kinderen ’s nachts door.
- Kinderen van één jaar slapen ongeveer acht tot negen uur achter elkaar door.
Gebroken nachten
Het kan heel lang duren voor een kind de hele nacht doorslaapt. Maar ook al slaapt je kind meestal door, toch kan het soms ’s nachts wakker worden. Bijvoorbeeld als je kind ziek is of droomt. Gebroken nachten horen erbij als je jonge kinderen hebt. Dat is vermoeiend. Zorg daarom ook goed voor jezelf.
Bij sommige baby's helpt het om de kamer 's nachts goed donker te maken en overdag de gordijnen (gedeeltelijk) open te laten. Je baby merkt dan het verschil tussen dag en nacht. Je kunt gebruik maken van verschillende slaaptips om je kind goed te laten slapen.
Je baby slaapt overdag steeds minder
- Na ongeveer zes maanden slaapt je kind overdag twee of drie keer. Gemiddeld slaapt het dan één of twee uur achter elkaar.
- Na ongeveer negen maanden slapen de meeste kinderen ongeveer twee keer per dag.
- Na de eerste verjaardag hebben de meeste kinderen genoeg aan een middagslaapje van anderhalf tot twee uur.
Fopspeen en duimen
Sommige baby's zuigen op hun duim of hun vingers. Ouders geven baby's vaak een fopspeen, zodat ze rustiger worden.
Wanneer gebruik je een fopspeen?
Je kunt je kind een fopspeen geven als de borstvoeding of flesvoeding zonder problemen gaat. Baby's hebben een grote zuigbehoefte. Het zuigen op een fopspeen kan je baby troosten en rust geven. Uit onderzoek blijkt dat het risico van wiegendood tijdens het slapen mogelijk kleiner wordt door je kind een fopspeen te geven.
Probeer de speen alleen te gebruiken als je baby in slaap moet vallen en wanneer je baby zich duidelijk niet prettig voelt of moe is.
Fopspeen en borstvoeding
In de eerste twee weken van je baby of als de borstvoeding nog niet goed gaat, kun je beter nog geen fopspeen gebruiken. Laat je baby eerst goed leren aan de borst te drinken. Troosten kan ook door je baby te wiegen of aan de borst te leggen.
Welke speen?
Een fopspeen moet stevig zijn, met gaatjes in het schild dat tegen het mondje aan zit. Er zijn fopspenen voor verschillende leeftijden en in verschillende vormen. Probeer welke vorm jouw baby het fijnst vindt. Vaak is dat het 'dental'-model. Je kunt de speen met een speciaal koord vastmaken aan de kleding. Let op dat het koord niet te lang is. Gebruik er geen ander touwtje voor, want je kind kan daarin stikken. Gebruik in bed geen speenkoordje. Als het koordje losraakt, is dit gevaarlijk.
Let op! Stop de speen niet eerst in je eigen mond en daarna in de mond van je baby. Zo kun je infecties overdragen.
Duimen en scheefgroei van het gebit
Als kinderen nog duimen wanneer ze tanden krijgen, heb je kans dat hun tanden naar voren gaan staan en dat de kaak vervormt. Je kunt voorkomen dat je kind gaat duimen door het een fopspeen te geven, zodra het op de duim of vingers gaat zuigen. Een speen is minder slecht voor het gebit dan duimen. Maar het is ook niet goed om te lang een speen te gebruiken.
Open mond
Zie je dat je kind de mond vaak open laat staan? Dat kan komen door het duimen, de fopspeen of door verkoudheid. Wanneer je kind gaat praten, heeft het door slappe mondspieren soms moeite met het uitspreken van medeklinkers. Om dit te voorkomen is tijdig afwennen belangrijk.
De fopspeen en duimen afleren
Als je kind negen maanden is, kun je het gebruik van de speen afbouwen. Gebruik de fopspeen dan hooguit nog bij het inslapen. Duimen afleren is vaak iets lastiger. Dat gebeurt vaak pas als je kind iets ouder is.
Tips om de fopspeen af te leren
- Geef de speen alleen als de baby naar bed gaat.
- Als je baby slaapt, haal je de speen uit zijn mond. Je doet zijn mond voorzichtig dicht.
- Laat de speen altijd in het bed en neem hem er niet uit. Zo kan je kind zich zelf weer met de speen in slaap maken.
Tips om duimen af te leren
- Zorg voor afleiding, zodat je kind niet aan de duim denkt. Geef je baby bijvoorbeeld wat extra aandacht door met hem te spelen.
- Haal de duim uit de mond als je baby slaapt. Doe de mond voorzichtig dicht.
Meer tips!
- Geef liever een speen als je baby nog een hoge zuigbehoefte heeft.
- Een speen is beter dan een duim, want een speen kun je gemakkelijker afleren.
- Druk de lippen tegen elkaar als de mond open blijft staan tijdens het slapen.
Veilig in bed en in de box
Prettig en veilig slapen is belangrijk voor de ontwikkeling van je baby. De kans op wiegendood is kleiner met een veilig bed.
Veilig babybed
Als je een babybed gaat kopen, let er dan op dat de afstand tussen de spijlen tussen de 4,5 en 6,5 centimeter is. Een goed babybed is gemaakt van stevig, glad afgewerkt materiaal en heeft een ventilerende bodem. Daar hoort een stevig en vlak matras op. Gebruik geen wieg of bed waarbij de wanden gesloten zijn. Er moet vanaf de slaapplek via de zijkant ventilatie mogelijk zijn.
Een kinderwagenbak is niet geschikt als vaste slaapplaats, laat je baby niet voor een langere periode binnenshuis hier in slapen. Als je baby na het wandelen toch nog ligt te slapen in de kinderwagen, doe dan in elk geval de kap omlaag.
Het bed verven?
Als je van plan bent het bed zelf te gaan schilderen, vraag dan advies bij de verfwinkel zodat je verf kiest zonder giftige stoffen. Kleine kinderen bijten en sabbelen ook aan hun bed.
Veilige bedinrichting
Voor het bed van baby's en peuters is er van alles te koop: babyslaapzakken, dekens en dekbedden. Een goede bedinrichting is belangrijk en kan de kans op wiegendood verkleinen.
Veilig slapen
- Leg je baby altijd op zijn rug te slapen.
- Gebruik de eerste twee jaar geen dekbed, maar een laken met een deken, of trek je kind een babyslaapzak aan.
- Gebruik je een deken en/of een laken? Maak het bed dan kort op zodat de voeten van je kind bijna de onderkant raken.
- Zet het bed op ruime afstand van de verwarming en van (gordijn)koorden en snoeren.
- Zorg voor een koele omgeving. Een goede temperatuur in de slaapkamer is rond de 16 graden.
- Leg geen hoofdbeschermer, kussen of grote zachte knuffel bij je kind in bed. Als hij er met zijn gezicht tegenaan ligt, kan hij in ademnood raken.
- Laat je kind niet bij jou in bed slapen. Het is wel verstandig om zijn bed naast je eigen bed te zetten, dit is het prettigst en het veiligst.
- Slaap nooit met je kind op de bank.
- Leg je kind nooit vast om uit bed vallen of omrollen te voorkomen. Een babyslaapzak met een strak opgemaakt bedje is genoeg.
Veilig in de box
Voor baby's is de box een veilige plek om te spelen. Veel boxen hebben een verstelbare bodem. Zodra je kind zich gaat optrekken en probeert te gaan staan, kun je de bodem beter in de laagste stand zetten.
Babynestjes
Een babynestje is een nestje waar je je baby in kunt leggen met een opstaande rand. Babynestjes of slaapnestjes worden vaak in de box, het ledikant of de wandelwagenbak gebruikt. Of ouders gebruiken het om hun baby tussen hen in te laten slapen.
Het gebruik van babynestjes in het ledikant of tussen de ouders in het grote bed, wordt afgeraden. Het vergroot de kans op wiegendood. Zodra je baby gaat omrollen, kan hij met het gezicht tegen dit kussenachtige materiaal aankomen. Hierdoor kan hij moeite krijgen met ademhalen. Gebruik je een babynestje in een box of kinderwagen? Blijf er dan altijd bij en houd het in de gaten.
Inbakeren
Inbakeren wordt gedaan om het huilen van je baby te verminderen. Het is nog niet bewezen dat inbakeren werkt. Zorg in elk geval voor rust en regelmaat en voor minder prikkels. Dit is altijd goed voor een onrustige baby.
Beginnen met inbakeren
Als je er over denkt om je baby in te bakeren, bespreek dit dan eerst met het consultatiebureau. Zij kunnen je vertellen of voor jouw kind inbakeren een optie is en welke manier van inbakeren veilig is. Soms heeft jouw baby al baat bij regelmaat, voorspelbaarheid en het verminderen van prikkels.
Begin in elk geval niet meteen met inbakeren na de geboorte. Zo hebben jij en je baby eerst nog de tijd om aan elkaar te wennen door middel van lichamelijk contact.
Tips om veilig in te bakeren
Bij inbakeren wikkel je je baby in doeken om huilen of onrustig slapen te voorkomen. Het is belangrijk dat je hierbij rekening houdt met een aantal veiligheidstips:
- De stof die je voor het inbakeren gebruikt mag niet te dik zijn.
- De stof mag niet te los of te strak zitten: een baby moet zijn benen in opgetrokken stand kunnen spreiden (de kikkerstand).
- Zorg er voor dat je baby zijn benen nog kan bewegen.
- Een inbakerdoek moet onder de voeten gesloten worden.
- De stof moet rondom de benen zitten.
- Armen moeten stevig langs het lichaam worden ingepakt.
- Ook moet er stof om de schouders, om te voorkomen dat je baby zijn armen aan de bovenkant bevrijdt.
- Het hoofd mag niet bedekt zijn.
- Stop altijd met inbakeren als je baby begint te draaien (zonder inbakerdoek). Het is gevaarlijk als een ingebakerde baby op de buik draait.
- Begin met afbouwen voordat je kind vier maanden is en stop voordat het zes maanden is.
Bespreek het altijd eerst met het consultatiebureau als je je baby wilt inbakeren. Zij kunnen je vertellen wat de veiligste manier is.
Wanneer niet inbakeren
Baker je baby niet in:
- Als hij ziek is of koorts heeft.
- Wanneer je baby een ernstige luchtweginfectie heeft.
- Verschijnselen van of aanleg voor heupdysplasie vertoont.
- Wanneer scoliose (kromming van de ruggengraat) wordt geconstateerd.
- De eerste 24 uur na vaccinatie.
- Als je baby zelf begint te draaien.
- Als je baby ouder is dan zes maanden (begin met afbouwen rond de vier maanden).
Inbakerzak en inbakerdoeken
Naast inbakeren met losse doeken, kun je ook speciale inbakerdoeken of een inbakerslaapzakje gebruiken. In een inbakerslaapzakje zitten geen armsgaten. De armpjes zitten in de slaapzak, maar niet strak tegen het lichaam. Het is belangrijk dat de doeken of de slaapzak voldoen aan de veiligheidseisen. het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) kan je hier meer informatie over geven. Kijk voor het verschil tussen een inbakerslaapzak en een inbakerdoek op Veiligheid.nl.
Hoofdbonken
Sommige kinderen bonken met hun hoofd tegen de muur of tegen de rand van hun bed. Daar kun je als ouder erg van schrikken. Toch komt het vaker voor.
Hoofdbonken om in slaap te komen
Sommige kinderen gaan als baby of peuter bonken met hun hoofd als ze in bed liggen. Dit doen ze onbewust om zichzelf tot rust of in slaap te brengen. Soms maken ze er ook een geluid bij. Het is te vergelijken met andere dingen die kinderen helpen om rustig te worden, zoals wiegen, duimzuigen of met een plukje haar spelen. Meestal doen kinderen zich geen pijn met hoofdbonken om in slaap te komen.
Wat kun je doen aan hoofdbonken in bed?
- Een slaapritueel kan helpen om je kind voor het naar bed gaan rustig te helpen worden, zodat het hoofdbonken niet meer nodig is.
- Een jong kind heeft vaak een volwassene nodig om kalm te worden.
- Bij zo’n ritueel voor het slapen gaan kun je je baby nog even lekker tegen je aan nemen en wiegen, lopen, zingen of naar zachte muziek luisteren.
- Ook als je je baby daarna in bed hebt gelegd, kun je een ritmisch muziekje opzetten, waardoor je baby gemakkelijker in slaap valt.
Als je kind boos is of pijn heeft
Hoofdbonken uit woede is iets anders dan een aparte manier om in slaap te komen.
Als je kind het uit woede doet, kun je het best rustig blijven en voor jezelf nagaan waar die woede vandaan kan komen. Het ene kind kan spanning beter aan dan het andere. Ga dus eerst eens na of er te veel spanningen zijn en wat je daar aan kunt doen.
Soms gaan baby’s met oorpijn ook met hun hoofd bonken tegen het nare gevoel van de pijn. Ga dan naar de huisarts.
Maak je je zorgen?
Gaat het hoofdbonken naar jouw idee niet snel genoeg over? Doet je kind zich wel pijn? Ben je bang dat er iets anders is?
Als je je zorgen maakt over het hoofdbonken van je kind, dan kan je altijd contact opnemen met de huisarts, de jeugdarts of het consultatiebureau bij jou in de buurt. Zij kijken naar de specifieke situatie en kunnen advies op maat geven.